Om de 2 jaar krijgen we met het Apenstaartjaren-onderzoek een boeiende kijk in hoe de Vlaamse jongeren (6-18 jaar) met digitale media omgaan.
Het onderzoek is een initiatief van Mediawijs, Link in de Kabel en Mediaraven, in samenwerking van de onderzoeksgroep imec-mict-ugent.
Zij bevraagden meer dan
7000 jongeren in het najaar van 2023. Het volledige onderzoeksrapport vind je sinds vandaag op
www.apenstaartjaren.be. Maar wij doken de voorbije dagen al eens in de cijfers en maakten deze 5 opvallende conclusies:
1. Vanaf het middelbaar wint de smartphone het van de tablet
Zo goed als alle jongeren in het middelbaar hebben een smartphone. Toch zien we dat ook in de eerste graad (23%) en tweede graad (34%) van de lagere school al heel wat kinderen zijn met een smartphone.
“De eerste smartphone is dus voor veel kinderen een toestel waarmee ze nog niet volledig geconnecteerd zijn en waarmee ze vaak ook nog geen gebruik maken van sociale media. We mogen ons dus niet blindstaren op de gemiddelde leeftijd waarop kinderen een eigen telefoon krijgen.” klinkt het bij de onderzoekers.
Gemiddeld krijgen jongeren hun eerste smartphone op 8 jaar en 1 maand. Maar dat cijfer willen de onderzoekers nuanceren: “Het houdt immers nog geen rekening met de 59% van de kinderen uit de lagere school die nog geen smartphone bezitten.”
🧑🏫 Conclusie: als je communiceert naar een jongerenpubliek, ga er dan van uit dat je content in eerste instantie op een mobiel toestel bekeken wordt.
2. Video kijken populairste media-activiteit
Met stip op 1 als meest gedane media-activiteit bij tieners (10-12 jaar) staat… huiswerk maken. Want ook dat doe je anno 2024 grotendeels via laptop, smartphone en tablet. Bij de jongeren (12-18 jaar) is dat ‘berichten sturen of chatten’.
Maar als we verder kijken in de top 10 van wekelijkste media-activiteiten, dan zien we dat de populairste activiteit overduidelijk ‘video’s kijken’ is. Dat gaat van ‘long form’ films/series kijken op YouTube, Twitch, Netflix of Disney+. Maar ook (zeker in de middelbare school) ‘short form’ video’s op Instagram of TikTok.
Maar let op: verwacht niet dat jongeren – pakweg voor een wedstrijd – allemaal even bedreven zijn in zelf video’s maken. 54% van de kinderen (6-12 jaar) en 60% van de jongeren (12-18 jaar) geeft aan dat minstens 1 keer per week te doen. Slechts 20% deelt die video’s ook op sociale media. En dan nog vooral in privéberichten, eerder dan publiek aan iedereen.
🧑🏫 Conclusie: als je wil scoren bij jongeren, dan maak je best (korte) video’s.